De nieuwe Volkswagen Golf is geen revolutie. Verre van dat. Eerder een evolutie, en dan van het doodstille soort.
 
Geef het volk wat ze willen: brood en spelen. Verander vooral niet te veel, dat schrikt maar af. Zo is de Volkswagen Golf waarschijnlijk de conservatiefste auto ter wereld. VW doet al sinds 1974 haar uiterste best de Golf zoveel mogelijk de Golf te laten blijven en is daar uiterst succesvol in. Noem het risicoloos, saai en voorspelbaar of noem het logisch, verantwoord en ‘gelukkig maar’ – iedereen heeft evenzeer gelijk. Porsche bewandelt met de 911 al millennia hetzelfde pad en daar hoor je nooit iemand over. Nou ja, bijna nooit dan.
 
Feit is dat Volkswagens opzet nimmer beter geslaagd is dan bij de evolutie van Golf V naar Golf VI, want de uiterlijke verschillen tussen de twee zijn kleiner dan ooit. De voorkant wijkt nog het meest af: de grille is vrij laag en de grote koplampen lijken nu met pijlvormpjes aan de binnenkant naar het VW-logo te wijzen. Het is uiterst herkenbaar, maar mede dankzij de chroomstrips op de grille, rond de mistlampen en de onderste roosters oogt het wel een stuk chiquer.
 
Van de zijkant bekeken wordt het lastiger; er zullen best verschillen zijn, maar wij zien ze niet. Tip voor de matig geoefende spotter: de kunststof beschermstrips over de zijkant zijn verdwenen. Aan de achterkant hoef je ook niet in verbazing te vallen: het ziet er allemaal heel bekend uit. Ook hier hebben de lichtunits aan de binnenkant bescheiden hoekjes gekregen, maar verder: Golf, Golf en niets dan Golf. Al met al: drie keer kijken en je ziet waarschijnlijk nog niet of je met een Golf V of VI te maken hebt. Wij hadden met fraaie recente Volkswagens als de Passat CC en helemaal de Scirocco in het achterhoofd op meer gerekend. Maar bepaal vooral lekker zelf of de ontwerpafdeling van VW een schouderklop of een schop verdiend heeft.
 
Het interieur is beduidend steviger onder handen genomen. Wie nog nooit een Passat CC van binnen heeft gezien, zal zijn ogen uitkijken. Zet een CC-rijder echter in de Golf en hij zal zich hooguit afvragen welke gek de kofferbak van z’n auto heeft gezaagd. Dat is goed nieuws voor de aanstaande Golf-rijder, want is het allemaal mooi en makkelijk te bedienen spul. Ook de andere materialen en de manier waarop alles in elkaar gezet is, verdient bewondering; we hebben zelden een auto in deze klasse gezien die zo voortreffelijk is afgewerkt. Afgezien van één rafelrandje – bij de kaartenbakken in de portieren – konden we niets vinden dat netter kon.
 
Ook in andere opzichten profiteert de Golf van allerlei voortgeschreden inzichten. Neem de standaarduitrusting. Wie een Golf VI bestelt, zal merken dat naast esp, airco, stuurbekrachtiging, elektrische ramen en centrale deurvergrendeling met bliep, ook nog zeven airbags en acht luidsprekers al in de fabriek gemonteerd zijn. Geen radio, dat dan weer niet. In onze test-Golf zat daarnaast een prachtig touchscreen-navigatiesysteem met alle denkbare multimediamogelijkheden, van aux-ingangen tot ingebouwde harddisk. Het werkt (en klinkt!) allemaal voortreffelijk, ziet er prachtig uit en is door een chimpansee foutloos te bedienen, en je hoeft er dus niet meer voor naar de Halfords.
 
Er zijn voor de Golf meer spulletjes verkrijgbaar die je voorheen niet in deze klasse tegenkwam: automatische cruisecontrole, een elektronisch veranderbaar onderstel, achteruitrijdcamera en de Moeder Aller Autogadgets: een automatische inparkeerder. Hij is hilarisch en werkt perfect: hij ‘scant’ parkeerplaatsen als je erlangs rijdt, en als je stopt en de bak in achteruit zet, doet hij vervolgens het stuurwerk zelf; je hoeft alleen gas te geven en te remmen. Briljant!
‘De Golf is ook qua rijgedrag geheel zichzelf gebleven. Even solide, rustig en nou ja, noem het maar saai als altijd’
 
Qua motoren en versnellingsbakken hoef je maar op VAG-niveau om je heen te kijken om te weten wat de pot schaft. De bekende TSI- en TFSI-motoren zijn de belangrijkste vertegenwoordigers op benzinegebied. Voorlopig heb je de keus uit een 1.4 van 80 pk, een 1.6 met 102 pk en twee 1.4 TSI’s met alleen turbo (122 pk) of met turbo en compressor (160 pk).
 
Dieselaars kunnen zich verheugen op de tweeliter common-railmotoren die al in bijvoorbeeld de Audi A4 verkrijgbaar zijn. Ze zijn er met 110 of 140 pk. Alle motoren zijn schoner en zuiniger dan hun voorgangers. Uiteraard zit er nog het een en ander aan te komen, van GTI’s tot en met superschone BlueMotion-modellen. In plaats van automaten zijn de in alle opzichten superieure DSG-bakken gekomen, met zes of zeven trappen. Die kunnen alles wat een ouderwetse automaat ook kan, en veel meer: in vergelijking met de oude, 150 pk sterke FSI met een zestrapsautomaat is de nieuwe FSI van 160 pk met zeventraps DSG maar liefst 28 procent zuiniger.
 
Rijden met de nieuwe Golf levert in ieder geval één verrassing op: het geluidsniveau. Het is letterlijk ongehoord hoe stil deze auto is. We hebben meermalen getracht de auto te starten terwijl hij al liep, domweg omdat we hem niet hoorden. Bij accelereren hoor je hier en daar een niet al te opwindend motorgeluid, maar bij constante snelheden hoor je eerder je eigen hartslag dan de motor. Ook de stoelen zijn duidelijk merkbaar verbeterd; vroeger zat je altijd meer óp dan ín de stoel, bij de nieuwe Golf is de zijdelingse steun veel groter, waardoor je meer ontspannen zit en meer contact met de rest van de auto (en dus het wegdek) hebt.
 
Voor de rest is de Golf ook qua rijgedrag geheel zichzelf gebleven. Even solide, rustig en nou ja, noem het maar saai als altijd. Hij rijdt echter uitstekend, beter dan welke eerdere Golf ook. Het nieuwe adaptieve dempersysteem kan voor wat extra peper zorgen. Het heeft drie standen: Normaal, Comfort en Sport. De verschillen zijn duidelijk merkbaar. Comfort strijkt de plooien mooi glad en Sport zorgt voor een stugger onderstel met meer ‘gevoel voor de weg’. De normale stand is een mooie tussenweg en zal waarschijnlijk 99 procent van de tijd aan staan. Het mooie van de Sportstand is echter dat ook de besturing, traditioneel niet het meest communicatieve deel van een Golf, wordt aangepast. Dat levert een veel fijner stuurgevoel op – je zou er bijna de stuggere demping voor lief voor nemen.
 
Maar daarmee heb je de grootste verschillen met de Golf V op rijgebied ook wel gehad.
 
Zo kun je met de nieuwe Golf dus eigenlijk alle kanten op. Als je zegt dat het geheel te mager is om een nieuw model te mogen heten en dat ‘Golf 5.1’ een betere naam was geweest, heb je gelijk. Als je zegt dat een Golf VI een Golf is die alles beter doet dan z’n voorganger en daarmee ruimschoots voldoet aan de eisen van 99 procent van z’n berijders, klopt dat ook. Ja, een Ford Focus rijdt beter. Maar dat is altijd al zo geweest. Er zijn goedkopere alternatieven. Ook dat is altijd zo geweest. Toch zal ook deze Golf weer met enig gemak in de Verkopen-Top 3 komen. Gewoon, omdat het een Golf is. Niet omdat hij zo spraakmakend is, maar omdat hij alles goed doet. En omdat ook dat altijd zo is geweest.

Reacties