‘Als je geen naam hebt, kun je hem ook niet verliezen’, luidt een onbekend Cruijffisme. En een naam heeft (of had) Peugeot als het gaat om GTI’s.
 
Volkswagen mag de naam GTI hebben bedacht, het was vooral ook Peugeot die hem groot heeft gemaakt. Met name de 205 GTI 1.9 heeft hele volksstammen in vervoering gebracht. Een lekker dik uiterlijk, 131 pk bij een gewicht van 860 kilo, 0 naar 100 in minder dan acht tellen en dat alles voor een schappelijke prijs.
 
Er waren, nee, er zíjn nog steeds weinig auto’s die je voor dat geld zo veel hart-in-je-keelmomenten kunnen bezorgen. En er zijn er nog veel minder die een jonge, ambitieuze automobilist zo snel van zijn zelfverzekerdheid afhelpen als een 205 GTI. Ik mag het zeggen want ik had er een. Tot twee keer toe heb ik lichtzinnig mijn voet van het gaspedaal gehaald omdat het in een bocht iets te hard ging. Tot twee keer toe deed de achterkant in een flits even verwoede als geslaagde pogingen de voorkant in te halen. Tot twee keer toe lagen de scherven van mijn ego naast die van mijn achterlichten bij de vangrail.
 
Wat een lol kon je met die dingen hebben! Alles waar de Fransen daarna mee kwamen was even leuk of maar marginaal minder enerverend. De 309 GTI, 106 GTI, 306 GTI en niet te vergeten de uitgeklede versies die Rallye heetten: een en al pret. Wat heet, zelfs met de motorisch iets minder uitbundige goden die XSI heetten, had je al meer lol dan met de totale productie van Peugeot van de afgelopen tien jaar.
 
Want opeens was het op. In 2002 kwamen de Fransen nog met een 206 GTI, maar die leek nergens op; 136 pk terwijl de auto fors zwaarder was geworden, een nauwelijks aangepast uiterlijk en een veel te comfortabel onderstel – het was een klap in het gezicht van de liefhebber. GTI was, net als bij Volkswagen trouwens, geen typenaam meer, maar verworden tot een uitrustingsniveau.
 
Van de 207 en 307 kwamen niet eens GTI-versies meer, zo diep was men gezonken. (Oké, er waren nog wel snelle versies, maar die moesten opeens RC heten. Ze telden dus niet echt mee, en boeiden eigenlijk ook nauwelijks.)
 
Des te groter was dus onze verbazing toen bleek dat er van de 308 opeens wél weer een GTI zou komen. Verbazing die omsloeg in scepsis toen de foto’s en gegevens bekend werden. In een tijd waarin een gemiddelde Koreaanse grasmaaier al 150 pk heeft, bestaat Peugeot het de revival van haar legende de strijd in te sturen met… 200 pk. En dat uiterlijk – tja, de 308 heeft ons hart nooit in vuur en vlam kunnen zetten, en of dat achterspoilertje daar nou veel aan gaat veranderen? Deze GTI leek op voorhand vooral razendsnel op een teleurstelling af te stevenen.

‘De 308 GTI is een auto waar je met elke kilometer blijer van wordt’

 
Zoals wel vaker valt de auto eenmaal ‘oog-in-koplamp’ reuze mee. Ons exemplaar (een ander dan op de foto’s) was van een soort blauw waar een zomerse lucht jaloers op zou worden. De dikke 18 inch velgen staan ‘m uitstekend, de vollere voorbumper (afkomstig van de 308 CC) geeft ‘m een aanzienlijk stoerder aanzicht en aan de achterkant missen de diffusor, dubbele uitlaat en achterspoiler hun uitwerking allerminst.
 
Het is niet de oorlogsuitmonstering van een Focus RS of Mégane RS, maar hoe veel meer doet VW eigenlijk aan het uiterlijk van de Golf GTI? Nou dan. Aan de binnenkant zorgen sportstoelen, een afgeplat, met aluminium accenten opgeleukt sportstuur en aluminium pedalen voor een extra uitgelaten sfeertje.
 
Het mag op het eerste gezicht niet zo veel lijken, maar 200 pk is voldoende om een auto prettig van z’n plek te laten komen. De 308 GTI doet overduidelijk niet mee aan de pk-wapenwedloop van Renault en Ford, en kan dan ook niet mee in die prestaties, maar zeg zelf: ooit serieus tekort gekomen met een auto die de sprint naar 100 km/u in 7,7 tellen doet en 235 topt?
 
De motor is de inmiddels welbekende 1.6 THP (denk ook Mini, Citroën) en is regelrecht afkomstig uit de RCZ. Het aardige is dat hij klinkt als een minstens twee keer zo groot apparaat, dit dankzij een soort van boom box (nou ja, het is een membraan, maar boom box klinkt leuker) in het uitlaatsysteem. Lekker laag en brommerig, met een toefje gemeen.
 
Het onderstel is aangepast – andere fusees, wiellagers en aangepaste schokdempers zorgen voor een aanzienlijk stugger weggedrag. Ook de remmen zijn van een zwaarder kaliber en het siert Peugeot dat de besturing eveneens fors verzwaard is en stukken communicatiever is geworden.
 
Zo blijkt de 308 GTI een auto waar je met elke kilometer blijer van wordt. Scepsis slaat om in aanvaarding, aanvaarding in waardering en waardering in enthousiasme. Hij is kalm en berekend als je dat wilt, snel en wendbaar als je dat eist.
 
Hij zit goed, stuurt uitmuntend, klinkt heerlijk en geeft je bakken vertrouwen zonder je het idee te geven dat ie je alles uit handen neemt. Het esp grijpt niet al te heftig in als het een keer over de schreef gaat, maar houdt zich aangenaam op de achtergrond. De carrosserie helt in bochten niet noemenswaardig over en het onderstel is lekker scherp zonder je bij elke hobbel op bloedende ingewanden te trakteren. Tractieproblemen zijn er nauwelijks – hij zou er zo nog 25 pk bij kunnen hebben.
 
Nee, de 308 GTI is niet zo hardcore als z’n legendarische voorgangers (wat misschien maar goed is ook) en ook de RS’en van deze wereld zijn ‘m te vlug af. Maar hij komt dicht, héél dicht in de buurt van de maatstaf van dit segment, de Golf GTI. Hij heeft diezelfde allround-eigenschappen, datzelfde ‘vóór de boodschappen even langs het circuit’-karakter. Peugeot kan het nog steeds, of liever: kan het weer. Smaakt naar meer, garçons!

Reacties